Intelligentie is een ingewikkeld fenomeen. Het heeft te maken met de werking van de hersenen: het opmerken van verschillen en overeenkomsten, zich oriënteren, redeneren, plannen maken, problemen oplossen, taal begrijpen en produceren.
Hoe intelligent je kind is, hangt af van verschillende dingen. Erfelijkheid speelt een rol en datzelfde geldt bijvoorbeeld voor de omgeving waarin je kind opgroeit. Het samenspel daartussen speelt ook mee. Een stimulerende omgeving stimuleert bijvoorbeeld ook de intelligentie die je kind via de genen heeft meegekregen.
Het IQ
Niet elk aspect van intelligentie is bij iedereen even sterk ontwikkeld. De een is beter in talen leren en de ander kan beter redeneren en een probleem oplossen. Met het IQ, ofwel het intelligentiequotiënt, kun je de mate van intelligentie uitdrukken. Bij kinderen wordt het IQ uitgedrukt in relatie tot de gemiddelde intelligentie van hun leeftijdsgroep.
Een gemiddeld IQ ligt tussen de 90 en 110. Een kind met een IQ-score van boven de 130 hoort tot de categorie hoogbegaafd.