Link naar Op naar de basisschool!

Op naar de basisschool!

Vanaf de peuterleeftijd krijgt je kind steeds meer een eigen wil en heeft het een groeiende behoefte aan eigen keuzes maken. Lastig? Soms. Een uitdaging? Altijd. In deze periode kun je namelijk op een creatieve manier de zelfstandigheid van je kind aanmoedigen. En dát helpt. Het aanleren van praktische vaardigheden bijvoorbeeld maakt de overgang naar basisonderwijs soepeler.
Nieuwsgierig hoe jij je kind kunt helpen met vaardigheden die jouw kind nodig heeft op school? Wij hebben een paar tips:

Tip 1 Zelfstandigheid

De lijst met vaardigheden, die je kind zou moeten kunnen als hij/zij naar school gaat, kan het idee geven dat er werk aan de winkel is. Dat jouw kind nog veel stimulans nodig heeft op verschillende gebieden. Dit is niet het geval. Kies één onderdeel waar je je op richt. Bekrachtig het positieve: dat wat wél lukt. Het kan helpen om te oefenen met concentreren op één taak. Bijvoorbeeld: een tekening maken, een puzzel maken of iets bouwen. Hier geldt: geef je kind complimenten. Zo kun je tijdens de activiteit zeggen: “Wat ben je fijn aan het kleuren.” Complimenten geven op het proces en niet op het resultaat.
Op school verwachten ze dat de kinderen samen opruimen als ze iets anders willen doen. Dit kun je thuis oefenen. Houdt het positief. “Ik snap dat je nu graag met de auto’s wilt spelen. Nu je klaar bent met kleuren mag je eerst de potloden opruimen en daarna pakken we de auto’s.”

Tip 2 De eerste schooldag in zicht

De eerste schooldag is een mijlpaal voor het hele gezin. Voorbereiding kan de mogelijke spanning voor kind én ouders verlagen. Deze mag kort van tevoren zijn. Kinderen van deze leeftijd hebben nog niet voldoende tijdsbesef om te kunnen overzien hoe lang het nog duurt voordat ze mogen starten. Het verkennen van de nieuwe omgeving van de school kan een mooie eerste stap zijn. Ga er eens samen heen en ontdek samen wat de school aan de buitenkant te bieden heeft. Praat erover met je kind en bekrachtig de positieve en leuke dingen van naar school gaan. Bijvoorbeeld: Wat is er allemaal te zien op het schoolplein? Ga eens een keer samen kijken in de pauze. Wat doen de kinderen dan? Waar spelen ze mee? Zijn er bekende gezichten?
Er zijn voldoende prentenboeken over naar de basisschool gaan. Dit kan voor het kind duidelijk maken wat het kan verwachten. Merk je als ouder dat je het zelf erg spannend vindt? Laat dit dan niet merken aan het kind. Praat ontspannen over de eerste dagen op school en maak het niet te groot. Vaak krijgen kinderen een of meer wenochtend(en) om te ervaren hoe een schooldag er uit ziet. Ga even mee de klas in en ontdek samen wat er te zien is. Laat het kind zelf ontdekken als het hier aanstalten toe maakt. Spreek met de leerkracht af hoe lang je blijft en bereid je kind hier op voor. Het mag lastig zijn voor het kind. Wat je als ouder kan doen om het zo makkelijk mogelijk te maken voor het kind is voorbereiden en overzicht scheppen op het moment zelf. Leg het kind uit dat je zo weg gaat. Dat hij/zij dan lekker gaat spelen met de andere kinderen en dat jij hem/haar tussen de middag weer komt halen om thuis een broodje te eten. Op deze manier weet je kind waar hij aan toe is. Maak het afscheid niet te lang. Meestal gaat het kind vanzelf spelen als je weg bent.

Tip 3 Balans voor het kind

Het leven van de startende kleuter is vol. Ze hebben veel te verwerken. Activiteiten zoals zwemles, een clubje, afspraakjes na school en uitstapjes als gezin zijn goed voor de ontwikkeling. Maar let op: het kind heeft in deze fase voldoende tijd nodig om te herstellen van alle prikkels die hij/zij op school krijgt. Rust, ritme en regelmaat blijven belangrijk in deze fase.

Tip 4 Wat te doen bij gedragsverandering?

 Als het kind op school zit zijn de eerste weken op school erg vermoeiend en stressvol.. Dit kan zich thuis uiten in vermoeidheid, dwars gedrag en prikkelbaar zijn. Kleuters kunnen last krijgen van terugvallen op verschillende gebieden; zoals zindelijkheid, hele nacht doorslapen, eigen bed willen slapen en driftbuien. Het is belangrijk voor ouders te weten dat deze terugvallen meestal tijdelijk zijn.
Voor je kleuter is het belangrijk dat de regels zoveel mogelijk hetzelfde blijven. Hier hoeft geen aanpassing in te komen tijdens een terugval. Herhaling van de regels in positieve zin kan het kind helpen. Bijvoorbeeld: ‘Ik snap dat je het jammer vindt dat je niet bij mama in bed kan slapen. Slapen doe je in je eigen bed’. Een duidelijk avondritueel zorgt voor voorspelbaarheid. Dit brengt voor het kind rust.
Als kinderen teveel invloeden (prikkels) van buitenaf hebben gekregen, kunnen ze dat op een gegeven moment niet meer verwerken. Ze kunnen dan kortaf en afwijzend reageren. Heb begrip voor de situatie van je zoon of dochter. Laat het merken dat je begrip hebt voor de emotie. Wanneer de reactie van de kleuter echt over de grens is, zeg dat dan. Vertel hem wat wel een gewenst antwoord was geweest.
Bij driftbuien of drammen kan het een optie zijn om gepast te negeren. Dit is het negeren van het ongewenste gedrag wat je zoon of dochter laat zien. Belangrijk bij het negeren is dat je in geen enkele vorm aandacht geeft aan het gedrag dat het kind laat zien (wel veilig). Het is goed om te weten dat negeren in het begin meestal zorgt voor meer ongewenst gedrag en daarna snel minder wordt.
Het erkennen van emotie en beleving is erg belangrijk. Het kind voelt zich begrepen en gezien. Complimenteer het kind op het gedrag wat het laat zien dat gewenst is, want dat zorgt voor herhaling. Geef aan wat wél mag.