Jongvolwassenen groeien toe naar zelfstandigheid. Ze zijn met zichzelf bezig en gaan door met ontdekken wie ze zijn; de ontwikkeling van hun eigen identiteit gaat nog door. Jongeren kijken soms nog kritisch naar zichzelf: wat kan ik, hoe zie ik eruit? Toch zijn ze nu minder onzeker en kwetsbaar dan in de puberteit.
Losmaken van de ouders
Jongvolwassenen gaan zich losmaken van hun ouders.
- Ze willen zelf beslissingen nemen.
- Ze willen experimenteren en hebben daarvoor meer vrijheid nodig.
- Ze kunnen soms nog moeilijk begrijpen dat hun ouders wel eens ongerust zijn.
- Soms kiezen ze een andere volwassene als ‘praatpaal’.
Ze krijgen hechtere vriendschappen en de invloed van hun vriendenkring wordt groter dan die van hun ouders. Ze worden zelfstandig, gaan misschien studeren en op kamers wonen of ze gaan werken.
Begeleiden naar volwassenheid
Het is belangrijk om je kind aan te moedigen om zich onafhankelijk te gedragen en zelf initiatieven te nemen. Moedig je kind bijvoorbeeld aan om op zichzelf te gaan wonen.