Je peuter wil alleen bij jou zijn en reageert angstig op vreemden. Dit wordt ook wel eenkennigheid of vreemdenangst genoemd. Je kind is eenkennig terwijl jij als ouder erbij bent. Eenkennigheid komt meestal voor als je kind tussen een en twee jaar oud is. Het is in deze fase heel normaal dat je peuter zich aan je vastklampt. Dat hoort bij de normale ontwikkeling.

Oorzaken van eenkennigheid

Als ouders bied je je kind structuur en geef je je kind veel aandacht. Je kind gaat zich dan aan je hechten, voelt zich veilig bij je en leert dat het op jou kan vertrouwen. Je kind gaat steeds beter het verschil merken tussen de mensen die het goed kent en vertrouwt, en onbekenden.

Kenmerken van eenkennigheid

Sommige kinderen worden angstig als ze vreemden zien, gaan huilen en kruipen weg bij mama of papa. Eenkennigheid kan bij sommige kinderen heel hevig zijn en bij andere kinderen merk je bijna niets.

Niet hetzelfde als scheidingsangst

Eenkennigheid is niet hetzelfde als scheidingsangst. Je kind kan scheidingsangst hebben als je weggaat. Eenkennigheid is ook iets anders dan een tijdelijke voorkeur voor een van de ouders.

Je kind krijgt steeds meer vertrouwen

Breng je peuter regelmatig in contact met andere mensen. Je kind leert dan om met andere mensen om te gaan. Je peuter leert om zich ook bij andere mensen op zijn gemak te voelen. Als je kind angstig of verdrietig is komt het meestal nog naar jou als ouder toe. En als je kind iets nieuws onderzoekt, kijkt het steeds even naar jou voor bevestiging.

Je kind leert steeds beter aangeven wat het wel wil en wat niet, wie het wel vertrouwt en wie niet. Het is goed dat je kind kieskeurig is, het ontwikkelt een eigen identiteit.

Wat doe je als je kind angstig reageert?

  • Accepteer dat je peuter bij je wegkruipt en dwing geen contact met ‘de vreemde’ af.
  • Stel je kind gerust. Blijf hierbij zelf rustig. Maak er niet te veel een punt van. Je kind krijgt anders een bevestiging van zijn angstige gevoel.
  • Vertel je kind wie de persoon is.
  • Blijf zelf gewoon praten met de onbekende waar je peuter bang voor is en leg de ander uit dat je kind wat eenkennig is.
  • Help je peuter om zijn eigen emoties te begrijpen door erover te praten en ze serieus te nemen. Op deze leeftijd heeft je kind nog weinig controle over zijn emoties en gedrag. Je kind heeft jouw hulp hier nog bij nodig.