Monkeypox, vaak apenpokken of apenpokkenvirus genoemd, is in de vorige eeuw bij apen ontdekt. Meestal wordt het virus echter door knaagdieren doorgegeven. Tussen mensen is het niet erg besmettelijk, maar wel vervelend. De ziekte komt vooral voor in West- en Midden-Afrika, maar sinds kort worden ook mensen in Europa door elkaar besmet.
Meestal niet gevaarlijk
Apenpokken zijn ‘familie’ van mensenpokken, maar de ziekte verloopt veel milder. Alleen voor mensen met een heel zwakke gezondheid kan het ernstig zijn. Oudere mensen zijn waarschijnlijk beschermd tegen apenpokken, omdat ze als baby gevaccineerd zijn tegen mensenpokken. Omdat de ziekte door de vaccinatie uitstierf, is er in 1974 gestopt met het vaccineren van alle baby’s tegen pokken.
Wat moet je doen als je denkt dat je kind het heeft?
- Is je puber of jong volwassen kind ergens geweest waar iemand was met het virus? Let de weken daarna goed op of je kind klachten krijgt. Als dat zo is, bel dan meteen met je huisarts. Ook als je twijfelt.
- Kleine kinderen met blaasjes op hun lichaam hebben bijna in alle gevallen waterpokken. Voor hen hoef je dus geen contact op te nemen met de huisarts. Tenzij ze de afgelopen drie weken in Centraal- of West-Afrika zijn geweest.
- Denk je dat de blaasjes apenpokken kunnen zijn, bel dan direct met je huisarts.
- Als je puber of oudere kind seksueel actief is en seksueel contact heeft gehad met iemand met het monkeypox-virus, moet je kind meteen in quarantaine. Bel ook de huisarts.
- De GGD test mensen, die misschien met het virus zijn besmet. Als de test positief is, volgt bron- en contactonderzoek. Door snel te handelen kunnen we samen voorkomen dat het virus zich verder verspreidt.
Heeft je kind apenpokken?
Je kind kan er wel een tijdje goed ziek van zijn. Na een paar weken geneest het vanzelf. Er zijn ook medicijnen die helpen. Laat je kind thuisblijven tot het helemaal genezen is. Zo voorkomen we verspreiding van het virus. Waarschuw de mensen met wie je kind in contact is geweest.
Hoe wordt het doorgegeven?
De meeste mensen krijgen het virus na contact met een besmet mens of dier die het virus bij zich heeft. Het virus kan binnendringen via de slijmvliezen (bijvoorbeeld mond, neus, ogen) en open wondjes (niet per se zichtbare wonden). Het grootste deel van de besmettingen gebeurt door seksueel contact. Maar het virus kan zich ook verspreiden via druppels uit blaasjes of uit de mond of keel. Daarom is het belangrijk dat je kind uit de buurt blijft van anderen als het het virus heeft.
Symptomen van apenpokken
De ziekte begint vaak, maar niet altijd, met koorts, hoofdpijn, spierpijn, gezwollen lymfeklieren, rillingen en moeheid. Na 1-3 dagen verschijnt er uitslag. Deze uitslag begint met vlekken, die overgaan in blaasjes. De uitslag begint meestal in het gezicht en verspreidt zich dan naar het hele lichaam. Na het indrogen van de blaasjes blijven korsten over, die uiteindelijk na 2-3 weken van de huid afvallen.
Bekijk op deze Engelse website foto’s van de verschillende stadia van de uitslag.